zaterdag 30 april 2011

Esther en Mordecai

In de Gemaldegalerie Alte Meister te Dresden bevind zich een schitterend werk van Arent de Gelder met als titel: Esther en Mordecai schrijven de eerste declaratie van de Poerim.
Arent de Gelder (1645-1727) bracht het grootste deel van zijn leven door in zijn geboorteplaats Dordrecht. Hij was een leerling van Samuel van Hoogstraten en later ook van Rembrandt. Hij kwam uit een welgestelde familie. Zijn bekendste werk is de passie serie bestaande uit 22 stukken die verdeeld zijn over het Rijksmuseum te Amsterdam en slot Johannisburg in Aschaffenburg.

Wat zien we op de voorstelling: Mordecai, aangesteld als adviseur van de koning van Persie schrijft een decreet die de Joden welke in ballingschap leven in Persie het recht geeft zichzelf te bewapenen en te verdedigen in geval ze aangevallen zouden worden. Deze maatregel was nodig omdat Hamar, een Perzische hoveling met antisemitische opvattingen door middel van een lot had bepaald de Joodse bannelingen uit te roeien op een zekere dag. Koningin Esther deelde dit aan haar gemaal mede en dit had tot resultaat dat Haman zelf ter dood werd veroordeeld en dat deze doemdag voor de Joodse bevolking veranderde in een feestdag. Het verhaal speelde zich af in de vijfde eeuw voor Christus en het feest wordt nog steeds gevierd. Het feest luistert naar de naam Poerim ook wel het Lotenfeest genoemd. In de Tenach is het terug te vinden in het boek Esther hoofdstuk 9-20-23.

Dresden is een leuke stad en na een dagje cultuur te hebben gesnoven is het goed toeven in Brauhaus Watzke. De enorme pullen bier worden ijverig geserveerd maar je kan er ook uitstekend eten. Met een beetje geluk zie je op de menukaart onder de nagerechten Quarkkaulchen staan. Die zou ik zeker proberen.   Brauhaus Watzke kan je vinden in de Kotzschenbroder Strasse.

woensdag 20 april 2011

Joseph en Potiphar`s vrouw

In het Rijksmuseum te Amsterdam bevind zich een heel aardig werkje van Rembrandt. Nee ik heb het niet over de Nachtwacht of ander fraai werk van hem, maar over een ets van slechts 9 bij 14,5 cm en gemaakt in 1634. Het is te vinden in het prentenkabinet.

Het verhaal gaat dat Joseph verkocht werd door zijn broers als slaaf om in Potiphar`s huishouding te gaan werken. Joseph was een goed uitziende jongeman en al spoedig kreeg Potiphar`s vrouw een oogje op hem. De vrouw wiens naam overigens nergens terug te vinden is, probeerde Joseph te verleiden met haar te slapen en toen bleek na vele pogingen dat ze haar zin niet kreeg, beschuldigde ze hem van verkrachting. Potiphar was waarschijnlijk een hoveling van Farao Achmenemhet de derde. Zie Genesis 39:1/6 - 39:7/12. (oude testament).

Grappig aan dit etsje vind ik is dat Rembrandt het verhaal uit het oude testament wat zich zo`n 2000 jaar voor Christus moet hebben afgespeeld, plaatst in zijn eigen tijd. Het etsje nader bestudeerd zie je dat de figuren er nu niet bepaald Egyptisch uitzien, evenals de bedstee en kleding. Ik geloof dat Rembrandt hiermee wilde zeggen dat het een verhaal van alle tijden is en daarmee heeft hij natuurlijk groot gelijk.

Als je uit zo`n stoffig museum komt heb je uiteraard een droge keel. De beste plek om dat stof eruit te spoelen is Cafe de Pieper en het toeval wil dat het pand waarin de kroeg zich bevindt ook stamt uit de tijd van Rembrandt. Je kan het vinden op de hoek van de Prinsengracht en de Leidsegracht en is op loopafstand van het Rijksmuseum. O ja, Zondags gesloten want dan zitten ze in de kerk.

donderdag 7 april 2011

Judith van Bethulia

De Italiaanse schilder Andrea Mantegna ( 1431-1506 ) heeft ons een prachtig klein werkje nagelaten met als titel Judith en Holofernus. Het schilderstukje meet slechts 30 bij 18 cm maar vertelt ons veel over de onderstaande legende. Andrea Mantegna werd geboren ergens tussen Padua en Vicenza en was de zoon van een timmerman. Hij kwam al op jonge leeftijd onder de hoede van  Francesco Squarcione die hij in 1448 verliet om zich te vestigen als onafhankelijk kunstenaar.

Judith was een zeer aantrekkelijke dame uit Bethulia en werd alom gerespecteerd door haar liefde voor God. Het Assyrische leger onder aanvoering van Holofernus belegerde haar woonplaats Bethulia. Volgens het oude testament kreeg zij de opdracht van God om het legerkamp van de vijand binnen te gaan en Holofernus te verleiden zodat hij haar mee zou nemen naar zijn prive vertrekken. Ze voerde hem dronken en onthoofde hem. De volgende dag wisten de soldaten van Bethulia hun vijanden te verdrijven mede door het hoofd te tonen van hun legeraanvoerder Holofernus.

Op het werkje zie je afgebeeld het resultaat van deze intrige, het in een jute zak doen van het hoofd van Holofernus en de dienstmaagd die bereidwillig de zak openhoud. Het is volgens mij een van de oudste nog overgbleven afbeeldingen van dit verhaal wat inmiddels allang in de vergetelheid is geraakt. Het werkje is terug te vinden in het National Art Callery van Washington DC. Het verhaal is niet als geschiedkundig feit geaccepteerd maar is wel terug te vinden in het oude testament. Zowel rooms-katholiek als orthodox.

Het verhaal is overigens door talloze kunstenaars uitgebeeld. Donatello, Botticelli, Titiaan, Michelangelo om er maar een paar te noemen. Kortom, reden genoeg om even te googlen om de bijbehorende kunstwerken te zien. Een film is er ook over gemaakt. Deze stamt uit 1914, met in de hoofdrol een dame die luisterde naar de naam Blanche Sweet. Heel grappig, want deze is te zien op YouTube. Vele eeuwen later schreef John Crowe Ransom een prachtig gedicht over haar waarvan ik slechts een regel citeer: A wandering beauty is a blade out of its scabbard.

zaterdag 2 april 2011

De Parel van York

Margaret Clitherow werd als Margaret Middleton geboren in 1556 te York. Ze werd protestant opgevoed en trouwde op 15 jarige leeftijd met John Clitherow. Ze kreeg drie kinderen, twee zonen en een dochter.

Margaret werd katholiek in het jaar 1574 en voedde haar kinderen dan ook katholiek op. Haar man bleef protestant. Katholieken hadden het niet gemakkelijk in die tijd omdat iedereen die aan een mis deelnam gevangen werd gezet en in het ergste geval ter dood veroordeeld werd. Margaret werd een van de leidende figuren van de katholieke beweging in die tijd. Ze hielp en bood ( in het geheim ) onderdak aan priesters veelal van Franse afkomst.

Uiteindelijk in het jaar 1586 vielen ze haar huis binnen en werd Margaret gearresteerd en gevangen gezet. De ondergedoken priesters wisten op miraculeuze wijze te ontsnappen aan dit lot. Tijdens het proces dat volgde weigerde Margaret te bekennen aan hetgeen haar ten laste werd gelegd en ze werd dan ook ter dood veroordeeld. In die tijd in Engeland werd dat op een nogal barbaarse manier uitgevoerd. Het slachtoffer werd naakt op de grond gelegd met een steen in de rug. Er werd een houten deur op geplaatst welke volgestapeld werd met stenen. Op deze manier werd het slachtoffer doodgedrukt. Het verhaal gaat dat het 15 minuten duurde voordat ze het leven liet.

Een plaquette geplaatst op Ouse Bridge in York herinnerd ons nog aan haar leven. Ze is heilig verklaard in 1970 en is de beschermheilige van de zakenvrouw. In 2007 in haar leven prachtig verfilmd met als titel:
The pearl of York. Haar beide zonen Henri en William werden priester en haar dochter nam de wijk naar het continent en werd non in St Ursala`s te Leuven.